Waarom heten we Carolus Clusius College?
Lang geleden, in de zestiende eeuw, werd in een stadje in de Zuidelijke Nederlanden, een jongen geboren: Charles de l’Écluse, beter bekend als Carolus Clusius. Hij was geen koning, geen soldaat, maar iemand met een groot geheim wapen: nieuwsgierigheid.
Clusius leefde in een spannende tijd. Mensen ontdekten nieuwe landen, nieuwe dieren en planten. Schepen voeren naar Afrika, Amerika en Azië. De wereld werd groter en voller met geheimen. En Clusius? Hij wilde ze allemaal leren kennen.
Hij schreef brieven naar geleerden in heel Europa. In die brieven vroeg hij om zaden, planten en verhalen. Soms kreeg hij een pakketje met een plant die nog nooit iemand in Europa had gezien. Of een verslag van een reis naar een land waar vreemde dieren leefden. Zo ontdekte hij dingen die voor anderen nog een raadsel waren.
Clusius reisde zelf ook veel. Hij bezocht koningen, een keizer en andere belangrijke mensen om advies te geven over tuinen en planten. Uiteindelijk werd hij hoogleraar en directeur van de Hortus Botanicus in Leiden, een beroemde plantentuin. Daar groeiden planten die niemand eerder in Europa had gezien, zoals de tulp en de aardappel. Hij leerde ook over dieren zoals de luiaard en de pinguïn.